Bas de Brouwer

In gesprek met Erik Whien

Het is 8 oktober 1960. Samuel Beckett begint voor het eerst aan zijn stuk Happy Days te schrijven. Hij schrijft in zijn notitieboekje: “Play. Female Solo 8.10.60.” Nu, zo’n zestig jaar later, ligt een uitgave van dit notitieboekje bij ons op tafel. We zitten in de repetitieruimte van Happy Days en hebben het over het stuk. We praten over het Beckett universum, over de kunst van het niet-weten en over het menselijk bewustzijn van sterfelijkheid. 

Door: Kyra Mol

Wat was het eerste dat je opschreef in jouw notitieboekje toen je Happy Days las?
 
"Vrolijk doodgaan. Het hoofdpersonage Winnie zit tot haar middel vast in een berg zand. Toch staat zij optimistisch in het leven, zelfs als ze voor de helft al weg is. Dit beeld was voor mij meteen een soort abstracte toestand, een metafoor per definitie. Wat je als toeschouwer ziet is een lichaam dat vergaat. Dat is haar situatie. Maar lichamen vergaan ook tijdens het leven. Wij zijn eigenlijk allemaal aan het sterven.  Hiermee probeerde Beckett denk ik iets over het leven te zeggen. Het gaat over een toestand waar Winnie zich toe verhoudt. Met ‘vrolijk doodgaan’ bedoel ik dus niet zo zeer ‘het sterven’, maar ‘het leven’. Het leven is toch ook een kwelling soms, of een rare grap van het universum. Zeker in het licht van onze eigen sterfelijkheid. En met dat bewustzijn van sterfelijkheid leven we nou eenmaal, we zijn hier nu eenmaal, en wat doen we hier dan?"

Dit is niet de eerste Beckett die je regisseert. 
"Klopt, dit wordt mijn vierde tekst van hem. Ik geloof dat ik al heb geleerd dat Beckett gaat over tonen - niet te veel duiden en invullen. Beckett gaat heel erg over leegte. Hij maakt binnen een abstract en theatraal universum de ruimte om over bepaalde thema’s na te denken. Hij probeert vorm te geven aan de raadselachtigheid van het bestaan. Maar de betekenis maakt ieder denk ik voor zich. Het is wat dat betreft meer een kunstwerk dan een tekst.
Als regisseur haal ik mijn eigen kaders uit Happy Days. Dat het over de dood gaat en over liefde gaat en over kunst gaat. Maar dan zal je zien dat iemand in de zaal dat allemaal niet ziet en er nog een vierde bij haalt. En dat zou eigenlijk perfect zijn. Dat is denk ik ook de zoektocht in Beckett op de vloer zetten. Het vertrouwen dat je ook niet begrepen mag worden. Wij moeten het natuurlijk begrijpen, maar hoe het straks overkomt daar heb ik niet zoveel controle over. Sterker nog: de rest gaat echt over de ontmoeting met een publiek. Ik zou het ook een enorm compliment vinden als mensen zeggen ‘ik snap het niet’. Als ze maar geactiveerd blijven. Zich blijven verhouden tot Winnie in haar toestand."

 

Je zegt dat Happy Days voor jou over liefde gaat. Je noemt het een duet. Kun je hier iets meer over vertellen?  
"Binnen de vraag naar ‘de zin van het leven’ denk ik dat liefde een belangrijke rol speelt. Hiermee bedoel ik ook het intermenselijke, of ‘de ander’. We ervaren als mens denk ik vaak een eenzaamheid, of een alleen zijn. Liefde heft dat voor een deel op, want liefde verbindt je met de wereld om je heen. Het personage Winnie verlangt ook naar connectie, naar een gevoel van gezien en gehoord worden. Zij haalt daarbij veel steun uit Willie, die achter haar ligt. Ze kunnen elkaar nauwelijks zien;  leven vrijwel autonoom en toch heffen ze elkaars eenzaamheid op. Ze zijn samen alleen."
 
Zijn wij allemaal een beetje Winnie? 
"Zeker. Dat zou ik ook heel graag in de voorstelling bereiken - dat Winnie ons iets voorleeft. Het is altijd ook oefenen – naar theater kijken. En dan in dit geval een oefening in leven en sterven. De zoektocht naar connectie met een ander levend wezen… en tegelijkertijd in contact staan met onze eindigheid. Want sterven is gewoon het grootste wat ons allemaal te wachten staat. En eigenlijk ook het meest mystieke en spirituele. Ik bedoel dit dus ook realistisch en joyful. De dood is een raadsel, het is een raadsel in het bestaan. Maar we geven  daar weinig woorden aan. We hebben daar, zeker in het Westen, niet echt vormen voor. Om te contempleren op sterven en op leven. 
 
Ik bedoel daarmee trouwens niet alleen ons eigen sterven, maar ook het uitsterven van de wereld om ons heen. Veel mensen ervaren nu een grote onrust over de situatie om ons heen, ik ook. De grote klimaatverandering, de extinctie van allerlei levensvormen, het politieke systeem. Het maakt me somber en moedeloos. Er gaan al geruime tijd flink wat alarmbellen af. En toch moeten we ook doorleven, het soms licht zien en ons richten op schoonheid en elkaar. Happy Days is een prachtige metafoor voor dit gegeven. Om Becketts beroemdste citaat aan te halen: “You must go on. I can't go on. I'll go on.”"

Happy Days gaat op zaterdag 15 april in première in Theater aan het Spui en is van 11 april t/m 13 mei te zien in theaters in het land. 


Foto's: Koen Veldman